Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Borstdichtheidfenotypes en borstkankerrisico


Dr. Carla van GilsHet percentage mammografisch dense area is een betere voorspeller voor het borstkankerrisico dan het absolute dense area. Absolute nondense area is invers geassocieerd met het borstkankerrisico, maar het is niet duidelijk of deze associatie onafhankelijk is van het absolute dense area. Zo luiden de conclusies uit een meta-analyse van dertien patiƫnt-controlestudies, die gisteren online gepubliceerd is in het Journal of the National Cancer Institute.1 Nederlandse auteurs van de publicatie zijn dr. Carla van Gils en dr. Marije Bakker (UMC Utrecht).

Deelnemers aan de studies waren 1776 premenopauzale en 6643 postmenopauzale patiƫnten, en 2834 premenopauzale en 11.187 postmenopauzale controlepersonen. Onder de premenopauzale vrouwen bedroegen (na correctie voor leeftijd, body mass index en pariteit) de odds ratios 1,37 (95%-bti 1,29-1,47) voor absolute dense area; 0,78 (95%-bti 0,71-0,86) voor absolute nondense area; en 1,52 (95%-bti 1,39-1,66) voor percentage dense area. Onder de postmenopauzale vrouwen bedroegen de odds ratios 1,38 (95% bti 1,31-1,44) voor absolute dense area; 0,79 (95%-bti 0,73-0,85) voor absolute nondense area; en 1,53 (95%-bti 1,44-1,64) voor percentage dense area. Na verdere correctie voor absolute dense area verzwakte de associatie tussen absolute nondense area en het borstkankerrisico (in sommige studies werd helemaal geen associatie meer gevonden).

1. Petterson A, Graff RE, Ursin G et al. Mammographic density phenotypes and risk of breast cancer: a meta-analysis. J Natl Cancer Inst 2014;epub ahead of print

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren