Er zijn tot op heden geen klinische studies uitgevoerd van de werkzaamheid van borstsparende chirurgie (BCS) in patiënten met mammatumoren groter dan 5 cm. Dr. Richard Bleicher (Fox Chase Cancer Center, Philadelphia PA) en collega’s hebben nu een studie uitgevoerd van BCS versus mastectomie in deze patiëntengroep. De uitkomsten van de studie zijn online gepubliceerd in Cancer.¹

De onderzoekers identificeerden in de SEER-database 5685 patiënten in de leeftijd van 66 jaar of ouder, die chirurgie ondergingen voor T3 primair mammacarcinoom. Van deze patiënten kreeg 15,6% BCT. De mediane leeftijd en tumorgrootte in de BCT- en de mastectomie-groep waren niet significant verschillend. Voorspellers van BCT waren neoadjuvante chemotherapie en postoperatieve radiotherapie, hoger inkomen, mammacarcinoom als eerste maligniteit, en een hogere Charlson comorbiditeitsindex. Voorspellers van mastectomie waren jongere leeftijd, niet-ductale histologie, hogere graad, aantallen onderzochte en positief bevonden lymfeklieren, stadium III ziekte, en postoperatieve chemotherapie.

De mediane follow-up was 7,0 jaar. De gecorrigeerde overall en mammacarcinoomspecifieke overleving verschilden niet significant tussen BCT en mastectomie (voor OS: HR 0,934, p=0,491; en voor mammacarcinoomspecifieke overleving HR 1,042, p=0,796). De onderzoekers concluderen dat BCT een optie kan zijn voor patiënten met tumoren groter dan 5 cm.

1.Bleicher RJ, Ruth K, Sigurdson ER et al. Breast conservation versus mastectomy for patients with T3 primary tumors (>5 cm): a review of 5685 medicare patients. Cancer 2015; epub ahead of print