
De patiënten kregen twaalf maanden androgeendeprivatietherapie. Na acht maanden neoadjuvante ADT kregen alle patiënten vier-velden pelvische EBRT (46 Gy/23#). De patiënten in de DE-EBRT arm (n=200) kregen nog 32 Gy in 16#. De mannen in de LDR-PB arm (n=198) kregen 125I LDR-PB (115 Gy). Het primaire eindpunt van de studie was ziektevrije overleving voor biochemisch falen. De zeven-jaars DFS was 86% in de LDR-PB arm versus 75% in de DE-EBRT arm (HR 0,473; p=0,0022).
In zeven jaar follow-up overleden 68 deelnemers (zeven-jaars overall survival 83%), van wie 18 aan prostaatcarcinoom, 14 aan hartziekte en 7 aan longcarcinoom. Van de mannen in de DE-EBRT arm overleden er 38, onder wie dertien aan recidiverend prostaatcarcinoom. Van de mannen in de LDR-PB arm overleden er 30, onder wie zeven aan recidiverend prostaatcarcinoom.
De onderzoekers concluderen dat LDR-PB vergeleken met DE-EBRT resulteerde in betere DFS. De OS en prostaatcarcinoom-specifieke overleving verschillen nog niet tussen beide armen, maar er is een trend ten gunste van LDR-PB die bij langere follow-up tot een significant verschil kan leiden.
1.ESTRO Forum 2015, abstr. OC-0845