Behandeling van ALL in kinderen is geassocieerd met vijf-jaars overleving van ongeveer 90%. Dr. Nina Kadan-Lottick (Yale University, New Haven CT) en collega’s hebben een meta-analyse uitgevoerd van het neurocognitief functioneren van overlevers die als kind chemotherapie hebben gekregen voor ALL. De uitkomsten zijn online gepubliceerd in Blood.¹ In de meta-analyse zijn studies opgenomen van ALL-overlevers die geen radiotherapie hadden gekregen, in continue eerste remissie waren, tenminste twee jaar off-therapy of vijf jaar sinds diagnose waren, en werden vergeleken met een gezonde controlegroep.

De onderzoekers vonden in de literatuur tien studies (509 patiënten, 555 controlepersonen) die aan de inclusiecriteria voldeden. Uit de meta-analyse blijkt dat de overlevers statistisch significant slechter scoorden dan de controles op meerdere neurocognitieve domeinen, waarvan de intelligentie het meest aangedaan was. Het verschil voor Full Scale IQ bedroeg -0,52 SD (95%-bti -0,86 tot -0,37), het verschil voor verbaal IQ -0,54 SD (95%-bti 0,69 tot -0,40), en het verschil voor performaal IQ -0,41 SD (95%-bti -0,56-0,27). Deze verschillen komen overeen met veranderingen in IQ van 6 tot 8 punten. De overlevers hadden ook statistisch significante zij het geringe stoornissen in het werkgeheugen, infomatieverwerkingssnelheid, en fijne motoriek.

De onderzoekers concluderen dat ALL-overlevers die alleen-chemotherapie hadden gekregen significante stoornissen hadden in de neurocognitieve ontwikkeling. Patiënten en hun omgeving dienen over deze effecten te worden geïnformeerd.

1.Iyer NS, Balsamo LM, Bracken MB, Kadan-Lottick NS. Chemotherapy-only treatment effects on long-term neurocognitive functioning in childhood ALL survivors: a review and meta-analysis. Blood 2015; epub ahead of print