Oudere patiënten
met mammacarcinoom worden frequent onderbehandeld, schrijven dr. Gunter von
Minckwitz (Universiteitsziekenhuis Frankfurt) en collega’s in een publicatie die online is in Cancer.1
Patiënten van 65 jaar en ouder krijgen bij voorkeur taxaan-gebaseerde adjuvante
chemotherapie. De onderzoekers hebben een fase 2-studie uitgevoerd waarin adjuvant
EC of CMF vergeleken is met nab-paclitaxel plus capecitabine (nPX).
Deelneemsters waren patiënten ouder dan 65 jaar met een Charlson comorbidity
index 2 of lager, pT1/2 pN0/1 ziekte, en of HER2-positief/HR-negatief stadium 3
of enig stadium pT3/4 pN2/3 mammacarcinoom.
In de
EC/CMF-groep discontinueerden 13 van 198 patiënten (6,6%) de behandeling,
versus 69 van 193 (35,8%) in de nPX-groep (p<0,01). In de EC/CMF-groep
overleed één patiënt tijdens de behandeling versus vijf in de nPX-groep. Graad
3- tot 5-bijwerkingen waren meer frequent in de EC/CMF-groep (90,9%) dan in de
nPX-groep (64,8%; p<0,001). Hematologische toxiciteiten waren meer frequent
met EC/CMF (88,4% versus 22,3%; p<0,001), terwijl niet-hematologische
toxiciteiten meer frequent waren met nPX (58,8% versus 18,7%;p<0,001). Geen
van de geriatrische scores voorspelden graad 3- tot 5- bijwerkingen of
discontinuering. Er waren na 22,8 maanden follow-up geen verschillen in
overleving tussen de beide groepen .
De
onderzoekers concluderen dat behandeling met nPX vergeleken met EC/CMF leidde
tot meer discontinueringen in oudere niet-fragiele patiënten met matig- tot
hoog-risico mammacarcinoom.
1.Von Minckwitz G, Conrad B, Reimer T et al. A
randomized phase 2 studie comparing EC or CMF versus mab-paclitaxel plus
capecitabine as adjuvant chemotherapy for nonfrail elderly patients with
moderate to high-risk early breast cancer (ICE II- GBG 52_. Cancer 2015; epub
ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)