Onbehandelde
vulvaire epitheliale neoplasie (VIN) kan leiden tot het ontstaan van kanker. De
standaardbehandeling van VIN is chirurgie, maar deze behandeling leidt niet
gegarandeerd tot genezing. De behandeling kan bovendien kan misvormend zijn en
leiden tot fysieke en psychologische klachten. Online in The Lancet Oncology publiceren dr. Amanda Tristram (Cardiff
University) en collega’s de resultaten van een fase 2-studie van twee topische behandelingen voor VIN: cidofovir en imiquimod.1
Deelneemsters
aan de studie waren 180 patiënten van 32 centra. De patiënten hadden VIN graad
3 en tenminste één lesie die accuraat gemeten kon worden. De patiënten werden
gerandomiseerd naar 1% cidofovir (n=89) of 5% imiquimod (n=91), gedurende
maximaal 24 weken driemaal per week zelf aan te brengen. Het primaire eindpunt
was histologisch bevestigde complete respons na zes weken. Dit eindpunt werd
bereikt door 46% van de patiënten in beide groepen. Adherentie na zes weken
bedroeg 87% in beide groepen. Bijwerkingen graad 3 of hoger werden
gerapporteerd door 37% van de patiënten in de cidofovir-groep en 46% van de
patiënten in de imiquimod-groep. De meest frequent gerapporteerde bijwerkingen
waren pijn in de vulva, pruritus, vermoeidheid en hoofdpijn.
De
twee-jaars follow-up data zullen later gepubliceerd worden. De onderzoekers
concluderen dat de nu gepubliceerde data nader onderzoek in fase 3-setting rechtvaardigen.
1.Tristram A, Hurt CN, Madden T et al. Activity,
safety, and feasibility of cidovir and imiquimod for treatment of vulval
intraepithelial neoplasia (RT3VIN): a multicentre, open-label,
randomised, phase 2 trial. Lancet Oncol 2014; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)