
De mediane progressievrije overleving bedroeg 5,6 maanden (95%-bti 4,1-6,7 maanden). Er waren geen patiënten met complete respons; partiële respons werd gezien in 13 patiënten (15,3%; 95%-bti 11,2-23,9%). De mediane overall survival was 18,1 maanden (95%-bti 13,2-19,8 maanden). De meest-gerapporteerde bijwerkingen waren mild tot matig, en klinisch goed te managen. Tot de bijwerkingen behoorden hypertensie (37,6%), diarree (36,5%), verhoogde AST (51,8%) en anemie (60%). De bijwerkingen maakten doseringsreductie noodzakelijk in 24,7% van de patiënten.
In multivariate analyse werd gezien dat hogere baseline serumniveaus van DLL4 en VEGFA en lagere niveaus van HIF-2α geassocieerd waren met kortere PFS, en dat lager niveau van HIF-2α geassocieerd was met kortere OS. Lagere expressie van DLL4 na start van de pazopanib-behandeling was geassocieerd met hogere kans op respons. De onderzoekers concluderen dat pazopanib klinisch werkzaam was en goed verdragen werd. Serumniveaus van DLL4, VEGFA, en HIF-2α kunnen wellicht worden gebruikt als biomarkers van klinische werkzaamheid in deze setting.
1.Xie M, He CS, Huang JK, Lin QZ. Phase II study of pazopanib as second-line treatment after sunitinib in patients with metastatic renal cell carcinoma: a Southern China Urology Cancer Consortium trial. Eur J Cancer 2015; epub ahead of print