Prof. Corrie Marijnen (LUMC) en collega’s publiceren online in het Journal of Clinical Oncology een analyse van het risico van tweede maligniteit in een groot cohort patiënten die zijn behandeld met chirurgie met of zonder radiotherapie.¹ Het cohort bestond uit deelnemers van de TME-, PORTEC-1 en PORTEC-2 studies. Deelnemers aan TME waren 1530 patiënten met rectumcarcinoom die waren gerandomiseerd naar al of niet neoadjuvante radiotherapie (external beam, EBRT). In de PORTEC-studies zijn patiënten met endometriumcarcinoom gerandomiseerd naar al of niet adjuvante EBRT (PORTEC-1, n=714) en EBRT versus vaginale brachytherapie (PORTEC-2, n=427).

De onderzoekers publiceren nu de waarschijnlijkheid van een tweede maligniteit na mediaan 13,0 jaar (range 1,8-21,2 jaar) follow-up van 2554 patiënten. Er waren geen verschillen in het voorkomen van tweede maligniteiten tussen patiënten die geen RT hadden gekregen (15,6% na tien jaar; 26,5% na vijftien jaar) en patiënten die EBRT hadden gekregen (15,4% na tien jaar; 25,6% na vijftien jaar) en patiënten die vaginale brachytherapie hadden gekregen (14,9% na tien jaar). In de afzonderlijke studies werden geen verschillen in het voorkomen van tweede maligniteiten tussen de behandelingsarmen gezien. De overlevers hadden een bijna driemaal verhoogd risico van tweede maligniteit vergeleken met de algemene leefijd- en geslacht-gematchte algemene bevolking (SIR 2,98; 95%-bti 2,82-3,14).

1.Wiltink LM, Nout RA, Fiocco M et al. No increased risl of second cancer after radiotherapy in patients treated for rectal or endometrial cancer in the randomized TME, PORTEC-1 , and PORTEC-2 trials. J Clin Oncol 2014; epub ahead of print