Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Genetische drijvers van metastase en recidief in mammacarcinoom

(0)2015-09-25 15:06   ( Nieuws )

Dr. Lucy YatesVandaag begint in Wenen het European Cancer Congress 2015. Morgen zal dr. Lucy Yates (Wellcome Trust Sanger Institute, Cambridge UK) daar spreken over The driver landscape of breast cancer metastasis and relapse.1 In ongeveer 20% van de patiënten met primair mammacarcinoom wordt na verloop van tijd metastase gezien. De huidige kennis van drijvers van mamacarcinoom is vrijwel volledig gebaseerd op datasets die zijn verkregen van primair mammacarcinoom. Het is niet bekend hoe representatief deze gegevens zijn voor carcinomen die metastaseren. Yates en collega’s hebben in carcinomen van 1000 patiënten somatische mutaties geïdentificeerd in 365 genen waarvan bekend is dat ze betrokken zijn bij de carcinogenese. Voor 161 patiënten waren de monsters afkomstig van recidieven of distante metastasen. Ze vergeleken de uitkomsten met eerder gepubliceerde mutaties van 839 primaire gelokaliseerde mammacarcinomen. Er waren meerdere monsters beschikbaar voor 66 patiënten, en ook een monster van de primaire tumor voor 21 patiënten.

Drijver-mutaties die laat in de ontwikkeling ontstaan werden gezien in een groter aantal drijver-genen dan mutaties die vroeg optreden. Onder de bekende tumorsuppressorgenen waren TP53 en ARID1A het sterkst geassocieerd met recidief en metastase in ER-positieve ziekte. Aberraties in de PI3k-AKT-route waren frequent in zowel ER-positieve (57%) en verrassend ook in triple-negatieve (37%) carcinomen bij recidief, maar weinig frequent in triple-negatieve primaire tumoren. Mutaties in de oestrogeen-signaal genen FOX1A en ESR1, maar niet GATA3, waren verrijkt bij recidief en metastase.

De onderzoekers concluderen dat er duidelijke verschillen zijn binnen de driver landscapes van recidiverende carcinomen. Dit is waarschijnlijk een reflectie van een combinatie van predispositie voor recidief en van verschillen in mutaties die worden verkregen tijdens de recidief- en metastasefase. Een beter begrip van deze verschillen kan bijdragen aan het identificeren van hoog-risicogroepen en kan van belang zijn voor toepassing van targeted therapies in de gevorderde setting.

1.Yates L et al. ECC 2015,abstr. 1804


Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren