Nederlandse patiënten die ooit behandeld zijn voor chronische lymfatische leukemie/ klein lymfocytair lymfoom rapporteren een significant lagere gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven dan voor leeftijd en geslacht gematchte controlepersonen (p<0,01; grote klinisch belangrijk verschillen). Voor CLL/SLL-patiënten onder actieve surveillance is dit niet het geval. Patiënten die behandeld zijn met chlorambucil hebben de laagste HRQoL-scores.

Zo luiden de conclusies uit een studie die online is gepubliceerd in Annals of Hematology.¹ Esther van den Broek (Stichting PALGA, IKZ) en collega’s schrijven dat de overleving van patiënten met CLL/SLL toeneemt, en dat daarom HRQoL in toenemende mate een relevant eindpunt wordt. Dit eindpunt is in slechts weinig studies onderzocht, waarin oudere en/of fragiele patiënten ondervertegenwoordigd waren, en dan vaak slechts als secundair eindpunt. De onderzoekers hebben nu de HRQoL bestudeerd in een populatie-gebaseerde setting, inclusief deze voorheen ondervertegenwoordigde patiëntengroepen. Ze stuurden HRQoL-vragenlijsten naar 175 patiënten bij wie tussen 2004 en 2011 CLL/SLL was vastgesteld. De respons bedroeg 78%.

De onderzoekers concluderen dat niet kan worden uitgesloten dat het starten van behandeling drastische langdurige negatieve effecten op de HRQoL heeft, terwijl actieve surveillance geen onrust, angst of depressie oproept.

1. Van den Broek E, Oerlemans S, Nijziel MR et al. Impact of active surveillance, chlorambucil, and other therapy on helath-related quality of life in patients with CLL/SLL in the Netherlands. Ann Hematol 2014;epub ahead of print