‘To our surprise, we found that some Food and
Drug Administration-approved chemotherapy drugs have the dual property of
reducing growth of stem-cell-derived tumors, while also stimulating
hyperproliferation of their wild-type counterparts.’ Dit schrijven Michele
Markstein (University of Massachusetts, Amherst) en haar coauteurs in een
artikel dat op 10 maart verscheen in PNAS.1
De
onderzoekers ontwikkelden een in vivo systeem om de interactie van stamcellen
met chemotherapeutica te onderzoeken in een stamcel-tumormodel in de darm van
volwassen fruitvliegen. In dit model testten ze 88 chemotherapeutica die door
de FDA zijn toegelaten voor behandeling van kanker bij de mens. Voor 14
middelen vonden ze effect op de Drosophila-tumoren.
Hun verwachting was dat de wild-type stamcellen (WT ISCs) in de darm resistent
zouden zijn tegen deze middelen. Inderdaad vonden de onderzoekers geen remming van
de WT ISCs door de middelen, maar juist stimulering van hyperproliferatie van
WT ISCs door actinomycine, bortezomib, paclitaxel, vinblastine, vincristine,
mitomycine, en daunorubicine.
De
onderzoekers laten zien dat deze bijwerking wordt gedreven door de evolutionair
geconserveerde JAK-STAT ontstekingsroute. Deze waarneming leidt tot de
veronderstelling dat de JAK-STAT route ook geactiveerd zou kunnen worden bij
mensen die met chemotherapeutica worden behandeld. ‘Aangezien hyperproliferatie
een van de kenmerken is van kankercellen, kan deze bijwerking bijdragen aan het
opnieuw doen groeien van de tumoren die de chemotherapeutica juist moeten
remmen,’ schrijven de onderzoekers. Een implicatie van deze uitkomst is dat het
toevoegen van inflammatieremmers aan de chemotherapie mogelijk tumor recurrence
tegengaat.
Referentie 1. Markstein M, Detorre S, Cho J et al. Systematic screen of chemotherapeutics in Drosophila stem cell tumors. Proc Natl Acad Sci USA 2014;epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)