In de Z1071-studie
van het American College of Surgeons Oncology Group is een 12,6% false-negative rate gezien voor
schildwachtklier (SLN)-chirurgie na neoadjuvante chemotherapie voor cN1
mammacarcinoom. Een secundair eindpunt van de studie was de waarde van
axillaire ultrasound (AUS) na neoadjuvante chemotherapie voor het identificeren
van abnormale klieren en het selecteren van patiënten voor SLN-chirurgie. Dr.
Judy Boughey (Mayo Clinic, Rochester MN) en collega’s publiceren online in het Journal of Clinical Oncologyuitkomsten voor dit secundaire eindpunt.1
De
onderzoekers bestudeerden post-chemotherapie AUS-beelden van 611 patiënten (T0-4,
N1-2, M0). Ze beoordeelden 181 AUS-images als verdacht; 130 (71,8%) van deze
patiënten bleken bij chirurgie inderdaad klierpositief te zijn. Van de 430
patiënten met normale AUS-images waren er 243 (56,6%) klierpositief bij chirurgie.
Het verschil tussen beide percentages is statistisch significant (p<0,001).
Patiënten met AUS-verdachte klieren hadden een groter aantal positieve klieren
en grotere omvang van de metastasen (p<0,001). Gebuik van preoperatieve
AUS-uitkomsten zou de false-negative rate
in de Z1071-patiënten met twee of meer verwijderde SLNs van 12,6% teruggebracht
hebben naar 9,8%.
De
onderzoekers bevelen aan AUS na neoadjuvante chemotherapie in te zetten om
axillaire chirurgie te geleiden. Een false-negative
rate van 9,8% met de combinatie van AUS en SLN-chirurgie zou acceptabel
zijn voor de adoptie van SLN-chirurgie voor vrouwen met klierpositief
mammacarcinoom die neoadjuvante chemotherapie krijgen.
1.Boughey JC, Ballman KV, Hunt KK et al. Axillary
ultrasound after neoadjuvant chemotherapy and its impact on sentinel lymph node
surgery: results from the American College of Surgeons Oncology Group Z1071
trial (Alliance). J Clin Oncol 2015; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)