Transgenders (TGs) krijgen vaak cross-sex hormonen (CSH) als onderdeel van hun behandeling. Er is weinig informatie beschikbaar over het effect van CSH op het risico van mammacarcinoom, schrijven George Brown (Mountain Home VAMC) en Kenneth Jones (Veterans Health Administration, Washington) online in Breast Cancer Research and Treatment.¹ De onderzoekers hebben de incidentie van mammacarcinoom geïnventariseerd in een cohort van 5135 TGs in de database van de Veterans Health Administration (VHA), van 1996 tot 2013. Iets meer dan de helft (52%) van de deelnemers was door VHA-artsen behandeld met meer dan één dosis CSH.


In het cohort waren tien patiënten met mammacarcinoom: zeven in vrouw-naar-man TGs, twee in man-naar-vrouw TGs, en één in een geboren man met transvestisch fetisjisme. De mediane leeftijd bij diagnose was 63,8 (SD 8,2) jaar. Alle drie de mannelijke patiënten presenteerden zich met laat-stadium ziekte die fataal was. De incidence rate van mammacarcinoom was 20,0 per 100.000 patiëntjaren VHA-behandeling (95%-bti 9,6-36,8), ongeacht CSH-behandeling. Deze incidentie verschilde niet van de verwachting op basis van Amerikaanse leeftijds-gestandaardiseerde incidentie, maar was wel hoger dan gerapporteerde incidenties in kleinere Europese studies.

De onderzoekers concluderen dat TG-veteranen geen verhoogde incidentie van mammacarcinoom lijken te hebben, hoewel nog geen definitieve conclusies kunnen worden getrokken vanwege de geringe omvang van het cohort en de korte observatieduur. Opmerkelijk is dat de pubicatie vergezeld gaat van de disclaimer ‘The views expressed in this manuscript are those of the authors and do not necessarily represent those of the United States Government, the Veterans Health Administration, or East Tennessee State University.’

1.Brown GR, Jones KT. Incidence of breast cancer in a cohort of 5,135 transgender veterans. Breast Cancer Res Treat 2014; epub ahead of print