Er wordt gedacht dat het bestaan van genetische verschillen tussen neoplastische cellen binnen dezelfde tumor een drijvende kracht is voor progressie en falen van behandeling. Dr. David Gisselsson (Universiteit van Lund, Zweden) en collega’s publiceren in Nature Communications een studie van de mogelijkheid om intratumorale diversiteit te gebruiken voor het voorspellen van klinische uitkomsten.¹ De onderzoekers kwantificeerden de genetische intratumorale diversiteit in een set chemotherapie-behandelde tumoren van kinderen.

Analyse van meerdere monsters van tumoren van zeven patiënten liet zien dat in alle patiënten na chemotherapie intratumorale diversiteit voorkwam. De diversiteit presenteerde zich als meerdere klonen binnen een enkel tumormonsters met de grootte van een millimeter. De onderzoekers laten zien dat deze microdiversiteit vaak de basis is voor verdere genoom-evolutie in metastasen. Ze tonen ook aan dat microdiversiteit onafhankelijk van andere risicofactoren voorspellend is voor slechte kanker-specifieke overleving (60%, p=0,009) in een cohort van 44 patiënten met chemotherapie-behandeld nefroblastoom. De overleving in de patiënten zonder microdiversiteit was 100%.

De onderzoekers concluderen dat intratumorale genetische diversiteit veel voorkomt in tumoren in kinderen na chemotherapie, en een belangrijke bijdrage kan leveren aan falen van de behandeling.

1.Mengelbier LH. Karlsson J, Lindgren D et al. Intratumoral genome diversity parallels progression and predicts outcome in pediatric cancer. Nature Communications 2015;6:6125