Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Locoregionaal recidief in mammacarcinoom na neoadjuvante chemotherapie en postmastectomie-RT

(0)2015-07-02 13:20   ( Nieuws )

Dr. Jonathan YangDr. Jonathan Yang (Memorial Sloan Kettering Cancer Center, New York) en collega’s hebben een studie uitgevoerd van effecten van moleculair subtype en residuele ziekte op locoregionaal recidief (LRR) in patiënten die zijn behandeld met neoadjuvante chemotherapie (NAC), mastectomie, en postmastectomie-radiotherapie (PMRT). De uitkomsten van de studie zijn online gepubliceerd in Annals of Surgical Oncology.1 Deelneemsters aan de studie waren 233 patiënten met stadium 2 of 3 mammacarcinoom die tussen 2000 en 2009 werden behandeld. Van de patiënten had 53% HR-positieve ziekte, 23% HER2-positieve ziekte, en 24% triple-negatieve ziekte (TN).


De mediane follow-up was 62 maanden. In 14% van de patiënten werd pathologisch complete respons gezien. LRR werd gezien in 8% van het gehele cohort. Het percentage met LRR was 0% voor de patiënten met pCR versus 9% voor de patiënten zonder pCR (p=0,05). TN-ziekte (HR 4,4; p=0,003) en pathologische klierpositiviteit (HR 9,8; p=0,03) waren geassocieerd met LRR. Locoregionaal recidief werd gezien in 20% van de patiënten met TN-ziekte, 6% van de patiënten met HER2-positieve ziekte en 4% van de patiënten met HR-positieve ziekte (p=0,005 voor TN versus HER2+ en HR+). Onder patiënten zonder pCR was TN-subtype geassocieerd met hoger LRR-risico (26% versus 7% voor HER2+ en 4% voor HR+; p<0,001).

De onderzoekers concluderen dat LRR het vaakst werd gezien in patiënten met TN-ziekte. In patiënten met pCR kwam geen LRR voor, ook niet in patiënten met TN-ziekte.

1.Yang TJ, Morrow M, Mode S et al. The effect of molecular subtype and residual disease on locoregional recurrence in breast cancer patients treated with neoadjuvant chemotherapy and postmastectomy radiation. Ann Surg Oncol 2015; epub ahead of print

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren