Dr.
Francesca Palandri (Universiteit van Bologna) en collega’s heb de invloed
onderzocht van moleculaire status op ziektekarakteristieke van jonge patiënten
(veertig jaar of jonger) met WHO-gedefinieerde essentiële trombocytemie (ET,
n=197) of vroege/prefibrotische primaire myelofibrose (early-PMF, n=20). De uitkomsten van de studie zijn online gepubliceerd in Leukemia.1 De mediane follow-up was 10,2 jaar. Na
vijftien jaar was de cumulatieve incidentie van trombose 16,6%, hemorragie
8,6%, en ziekteprogressie tot myelofibrose/acute leukemie 3%. In het cohort van
de early-PMF patiënten was er een trend van slechtere gecombineerde
gebeurtenisvrije overleving (EFS).
De
mutatiefrequenties waren 61% voor JAK2V617F,
25% voor CALR, en 1% voor MPLW515K. De JAK2V617Fallele burden
was hoger in het early-PMF cohort; de beide andere mutaties verschilden niet
significant tussen de cohorten. Vergeleken met JAK2C617F-positieve patiënten hadden CALR-gemuteerde patiënten hogere bloedplaatjesgetallen en een lager
hemoglobineniveau. CALR-mutatie was
significant geassocieerd met een lager tromboserisico (9,1% versus 21,7%;
p=0,04), langere overleving (100% versus 96% na vijftien jaar; p=0,05), en
betere gecombineerde vijftien-jaars EFS (86% versus 71%; p=0,02). Non-type
1/type 2 CALR-mutaties (‘minor mutations’) en abnormaal karyotype
waren echter gecorreleerd met toegenomen risico van ziekteprogressie. Bij het
laatste contact waren zes patiënten overleden (vijf aan de hematologische
ziekte), op een mediane leeftijd van 64 jaar (range 53-68 jaar). Achtentwintig
patiënten (13%) hadden geen JAK2-, CALR-, en MPL-mutaties. In deze ‘triple-negative’ patiënten werden geen
gebeurtenissen gezien.
1.Palandri F, Latagliata R, Polverelli N et al.
Mutations and long-term outcome of 217 young patients with essential
thrombocythemia or early primary myelofibrosis. Leukemia 2015; epub ahead of
print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)