
De prevalentie van klinisch relevante angststoornis was 23%, en de prevalentie van klinisch relevante depressie was 12,5%. Gepubliceerde prevalenties onder mannen van vergelijkbare leeftijd in de algemene bevolking zijn 8% voor angststoornis en 6% voor depressie. De prevalentie van angststoornis onder deze mannen onder actieve surveillande is ook hoger dan onder radicaal behandelde prostaatcarcinoompatiënten, aldus de onderzoekers.
Watts en collega’s concluderen dat angst en depressie in vergelijking met de algemene bevolking meer voorkomen onder prostaatcarcinoompatiënten die actieve surveillance ondergaan.
1.Watts S, Leydon G, Eyles C et al. A quantitative analysis of the prevalence of clinical depression and anxiety in patients with prostate cancer undergoing active surveillance. BMJ Open 2015;5:e006674