Deletie van
16q23-24 is een van de meest frequente chromosoomveranderingen in
prostaatcarcinoom, maar de klinische consequenties van deze verandering zijn
tot op heden niet in detail bestudeerd. Dr. Ronald Simon (Universiteit van
Hamburg-Eppendorf) en collega’s hebben FISH-analyse uitgevoerd met een
16q23-probe in meer dan 7400 prostaatcarcinomen met klinische follow-up
gegevens. De uitkomsten van de analyses zijn online gepubliceerd in het International Journal of Cancer.1
In 21% van
de carcinomen werd chromosoom 16q23-deletie gezien. De deletie was geassocieerd
met gevorderd tumorstadium (p<0,0001), hoge Gleason-graad (p<0,0001),
versnelde celproliferatie (p<0,0001), aanwezigheid van lymfekliermetastasen
(p<0,0001) en positieve chirurgische marge (p=0,0004). De deletie was meer
frequent in ERG fusie-positieve dan
in ERG fusie-negatieve carcinomen
(27% versus 15%; p<0,0001), en was geassocieerd met andere ERG-geassocieerde deleties waaronder PTEN (p<0,0001) en 3p13 (p=0,0303).
In univariate analyse was 16q-deletie geassocieerd met vroeg biochemisch
recidief onafhankelijk van de ERG-status
(p<0,0001). Tumoren met codeleties van 16q en PTEN waren geassocieerd met slechtere prognose (p=0,0199) dan
tumoren met één van beide deleties. In multivariate analyse was de
prognostische waarde van concurrente deletie van 16q en PTEN onafhankelijk van bekende prognostische factoren.
De
onderzoekers concluderen dat concurrente deletie van 16q en PTEN de progressie van prostaatcarcinoom
bevordert. Deletie-analyse van 16q en PTEN
kan van belangrijke klinische waarde zijn voor preoperatieve risicoschatting in
lage en intermediaire graad prostaatcarcinoom.
1.Kluth M, Runte F, Barow P et al. Concurrent
deletion of 16q23 and PTEN is an independent prognostic feature in prostate
cancer. Int J Cancer 2015; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)