Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Risico van tweede niet-melanoom huidmaligniteit geassocieerd met immuunsuppressie

(0)2015-10-29 14:00   ( Nieuws )

Dr. Frank ScottDe incidentie van niet-melanoom huidmaligniteiten (NMSC) neemt wereldwijd toe in blanke populaties. Initiële chirurgie is gewoonlijk curatief, maar het risico van een tweede primaire NMSC is hoog. De belangrijkste risicofactoren voor NMSC zijn huidpigmentatie en beschadiging van de huid door zonlicht. Medicaties die het fototoxische proces versnellen kunnen het risico van NMSC verhogen. Tot deze medicaties behoren methotrexaat en thiopurines. Dr. Frank Scott (University of Pennsylvania, Philadelphia) en collega’s hebben een studie uitgevoerd van het risico van NMSC in patiënten met een geschiedenis van NMSC die immunosuppressieve medicatie kregen voor rheumatoïde artritis (RA) of inflammatoire darmziekte (IBD). De uitkomsten van de studie zijn online gepubliceerd in JAMA Dermatology.1

Deelnemers aan de retrospectieve studie waren patiënten met RA (n=6841) of IBD (n=2788) die tussen begin 2006 en eind 2012 methotrexaat, anti-TNF therapie of thiopurines gebruikten. Het eindpunt van de studie was een tweede NMSC binnen een jaar na de incidente NMSC. De incidentie van tweede NMSC was 58,2 per 1000 persoonsjaren in de RA-patiënten en 58,9 per 1000 persoonsjaren in de IBD-patiënten.

Onder de RA-patiënten was gebruik van methotrexaat samen met andere medicaties geassocieerd met verhoogd risico van tweede NMSC (HR 1,60; 95%-bti 1,08-2,37). Na correctie voor de overige medicaties was een jaar of langer gebruik van methotrexaat geassocieerd met verhoogd risico van NMSC (HR 1,24; 95%-bti 1,04-1,48). Vergeleken met alleen methotrexaat was toevoeging van anti-TNF therapie aan methotrexaat geassocieerd met verdere verhoging van het NMSC-risico (HR 1,49; 95%-bti 1,03-2,16). Abatacept en rituximab waren niet geassocieerd met verhoogd risico van NMSC.

Onder de IBD-patiënten was het risico van NMSC niet-significant verhoogd bij meer dan een jaar gebruik van thiopurine (HR 1,49; 95%-bti 0,98-2,27) en anti-TNF therapie (HR 1,36; 95%-bti 0,76-2,44).

De onderzoekers concluderen dat gebruik van methotrexaat geassocieerd is met verhoogd risico van een tweede NMSC. Anti-TNF therapie kan het risico van een tweede NMSC verhogen als het wordt gebruikt samen met methotrexaat voor RA. Verdere lange-termijn studies zijn vereist alvorens kan worden geconcludeerd dat thiopurines en/of anti-TNF therapie niet het risico verhogen van een tweede NMSC in patiënten met IBD.

1.Scott FI, Mamtani R, Brensinger CM et al. Risk of nonmelanoma skin cancer associated with the use of immunosuppressant and biologic agents in patients with a history of autoimmune disease and nonmelanoma skin cancer. JAMA Dermatol 2015; epub ahead of print

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren