
De oncologen voorspelden de uitkomsten op twee tijdstippen: na het eerste consult van de patiënt, en nadat het radiatie-behandelplan gemaakt was. De verschillen tussen de voorspelling door de modellen en die door de oncologen werden bepaald met AUC-analyse. Op het eerste tijdstip bedroegen de verschillen in AUCs 0,15 voor tweejaars-overleving (p=0,02); 0,17 voor dyspnoe (p=0,07) en 0,20 voor dysfagie (p=0,03). Op het tweede tijdstip waren de verschillen vergelijkbaar, hoewel niet statistisch significant vanwege het geringe aantal patiënten. Vergelijking met richtlijn-gebaseerde aanbeveling viel eveneens uit in het voordeel van de modellen.
De onderzoekers concluderen dat het identificeren van risicogroepen op basis van voorspellende modellen nader dient te worden onderzocht in klinische studies.
1. Oberije C, Nalbantov G, Dekker A et al. A prospective study comparing the predictions of doctors versus models for treatment outcome of lung cancer patients: A step toward individulaized care and shared decision making. Radiother Oncol 2014;epub ahead of print