Protontherapie (PT) ontziet veel van het normale weefsel en is de voorkeurstechniek van bestraling voor oncologische aandoeningen in kinderen. Prof. Dirk de Ruysscher (UZ Leuven) en collega’s hebben een systematisch overzicht uitgevoerd van studies van de klinische werkzaamheid van PT in kinderen. Het overzicht is online gepubliceerd in het International Journal of Radiation Oncology.¹

In de literatuur van 2007 tot 2015 vonden de auteurs 23 studies met tezamen ongeveer 650 deelnemers. Geen van de studies was gerandomiseerd, twee waren vergelijkend, en twintig waren retrospectief. De meeste studies hadden ernstige methodologische tekortkomingen, resulterend in een zeer laag niveau van klinische evidentie voor uitkomsten in alle indicaties. Voor retinoblastoom werd bijvoorbeeld zeer laag-niveau van evidentie gevonden voor de aanname dat PT de incidentie van tweede maligniteiten zou verminderen. Er was onvoldoende bewijs voor werkzaamheid van PT voor chondrosarcoom, chordoom, craniofaryngioom, ependymoom, esthesioneuroblastoom, Ewing sarcoom, CNS germinoom, glioom, medulloblastoom, osteosarcoom, en rhabdomyosarcoom in kinderen. De auteurs vonden geen studies die aan de inclusiecriteria voldeden voor PT in pelvisch sarcoom, pineaal parenchymale tumor, primitieve neuro-ectodermale tumor, en adult-type wekedelen sarcoom.

De auteurs concluderen dat er behoefte is aan hoge-kwaliteit klinisch onderzoek op dit terrein.

1.Leroy R, Benahmed N, Hulstaert F et al. Proton therapy in children – a systematic review of clinical effectiveness in 15 pediatric cancers. Int J Radiat Oncol Biol Phys 2015; epub ahead of print