Tecemotide
is een MUC1-antigeenspecifiek immunotherapeuticum. De werkzaamheid van
tecemotide versus placebo is onderzocht in de fase-3 START-studie bij patiënten
met niet-resectabel NSCLC zonder progressie na frontline chemoradiotherapie. In
START is geen significant effect gezien van tecemotide op de overall surival van alle deelnemers
tezamen (HR 0,89), maar er was wel profijt (HR 0,78) in de vooraf
gespecificeerde subgroep van patiënten die concurrente chemoradiotherapie
kregen. Dr. Paul Mitchell (Austin Hospital, Melbourne) en collega’s publiceren vandaag
online in Annals of Oncology een update van uitkomsten van START na ongeveer 20 maanden extra follow-up.1
Voor alle
patiënten tezamen was er nog steeds geen significant verschil in OS tussen
beide armen: mediaan 25,8 maanden in de tecemotide-arm versus mediaan 22,4
maanden in de placebo-arm (HR 0,89; p=0,111). In de subgroep die concurrente
chemoradiotherapie kreeg was het verschil in OS nog steeds significant: 29,4
maanden in de tecemotide-arm versus 20,8 maanden in de placebo-arm (HR 0,81;
p=0,026). Sequentiële chemoradiotherapie resulteerde niet in verbetering van de
OS. Hoge baseline-waarden van oplosbaar MUC1 (sMUC1) en van antinucleaire antilichamen
(ANA) waren gecorreleerd met overlevingsprofijt van tecemotide (p-interactie
0,0085 respectievelijk 0,0022).
De
onderzoekers concluderen dat overlevingsprofijt van tecemotide in deze
patiëntengroep lange tijd bleef bestaan. sMUC1 en ANA kunnen wellicht waarde hebben
als biomarkers van profijt van tecemotide.
1.Mitchell P, Thatcher N, Socinski MA et al.
Tecemotide in unresectable stage III non-small cell lung cancer in the phase III
START study: Updated overall survival and biomarker analyses. Ann Oncol 2015;
epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)