
De analyses hebben betrekking op gegevens van 13.998 FL-patiënten en 25.320 DLBCL-patiënten die waren gediagnostiseerd tussen begin 1996 en eind 2004. In vrijwel alle registraties zagen de onderzoekers verbeteringen in de overleving van beide typen lymfoom tussen 1999-2001 en 2002-2004. Zo was voor FL de vijf-jaars overleving in Noord-Europa 64% in 1999-2001 versus 75% in 2002-2004. In Centraal-Europa nam de vijf-jaars overleving toe van 64% tot 72%; In Zuid-Europa van 67% naar 73%; en in Oost-Europa van 50% naar 61%. Alleen in Schotland en Wales nam de vijf-jaars overleving niet toe (71% voor 1999-2001 en 68% in 2002-2004).
Voor DLBCL nam de vijf-jaars overleving tussen 1999-2001 en 2002-2004 toe van 41% naar 58% in Noord-Europa, van 44% naar 52% in Schotland en Wales, van 46% naar 50% in Centraal-Europa, en van 44% naar 50% in Zuid-Europa. In Oost-Europa was er geen verbetering (47% in 1999-2001 en 46% in 2002-2004).
De onderzoekers concluderen dat de overleving van FL en DLBCL in Europa verbetert, maar dat er dispariteit is in overleving tussen de Europese regio’s.
1.Mounier M, Bossard N, Remontet L et al. Changes in the dynamics of excess mortality rates and net survival after diagnosis of follicular lymphoma or diffuse large B-cell lymphoma: comparison between European population-based data (EUROCARE-5). Lancet Haematol 2015; epub ahead of print