
Het EPIC-cohort bestaat uit inwoners van tien landen in Europa. De nu gepubliceerde studie had 337.327 deelneemsters, van wie de voedingsgewoonten werden onderzocht met een voedingsvragenlijst. Om voor meetfouten te kunnen corrigeren werd bij 8% van de deelneemsters ook een 24-uurs dietary recall interview afgenomen.
Sabina Sieri (Fondazione Istituto Nazionale dei Tumori, Milaan) en collega’s rapporteren nu dat tijdens de 11,5 jaar follow-up (359.814 persoonsjaren) bij 10.062 van de deelneemsters borstkanker vastgesteld werd. Bij de vrouwen die bij aanvang van de follow-up tot het hoogste kwintiel van de inname van totaal-vet behoorden was, in vergelijking met de vrouwen uit het laagste kwintiel, het risico van ER-positieve PR-positieve borstkanker met 20% verhoogd (HR 1,20; 95%-betrouwbaarheidsinterval 1,00-1,45). Bij de vrouwen uit het hoogste kwintiel van de inname van verzadigd vet was het risico van ER-positieve PR-positieve borstkanker verhoogd met 28% (HR 1,28; 95%-bti 1,09-1,52), en het risico van HER2-negative borstkanker met 29% (HR 1,29; 95%-bti 1,01-1,64).
De auteurs concluderen dat ‘a high-fat diet increases BC risk and, most conspiciously, that high saturated fat intake increases risk of receptor-positive disease, suggesting saturated fat involvement in the etiology of receptor-positive BC.’ Deze laatste conclusie is misschien iets te voortvarend; uit epidemiologische studies kunnen geen conclusies getrokken worden over oorzaak-gevolg relaties. Vrouwen met een lage inname van verzadigd vet consumeren logischerwijs meer bronnen van andere nutriënten. De nu gevonden associaties kunnen ook betekenen dat een hoge inname van enkelvoudig of meervoudig onverzadigd vet, of koolhydraat, of eiwit, beschermt tegen de ontwikkeling van receptor-positieve borstkanker.
Referentie
1. Sieri S, Chiodine P, Agnoli C et al. Dietary fat intake and development of specific breast cancer subtypes. J Natl Cancer Inst 2014;epub ahead of print