Dr. Arya Amini (University of Colorado, Aurora) en collega’s hebben een analyse uitgevoerd van overall survival na adjuvante chemoradiotherapie versus alleen radiotherapie na resectie voor speekselkliercarcinoom. De analyse is online gepubliceerd in JAMA Otolaryngology – Head & Neck Surgery.¹ De onderzoekers identificeerden in de National Cancer Data Base 2210 patiënten (1372 mannen; 838 vrouwen) die tussen 1998 en 2012 resectie ondergingen voor graad 2/3 carcinoom van de grote speekselklieren (83% glandula parotis) met tenminste één hoog-risicokenmerk (T3-T4, N1-N3, of positieve marges).

Er waren 1842 patiënten die alleen RT kregen en 368 patiënt die CRT kregen, gedefinieerd als start van chemotherapie binnen veertien dagen na start van radiotherapie. De mediane follow-up was 39 maanden (range 2 tot 188 maanden). De niet-gecorrigeerde twee-jaars OS was 71,3% na CRT versus 80,2% na RT; en de niet-gecorrigeerde vijf-jaars OS was 38,5% na CRT versus 54,2% na RT (HR 1,51; p<0,001). Ook in mulitvariate analyse (HR 1,22; p=0,02) en in propensity score-gematchte analyse (HR 1,20; p=0,08) was de OS inferieur na CRT vergeleken met alleen RT. Er waren geen subgroepen met betere OS na CRT dan na RT.

De onderzoekers concluderen dat toevoegen van chemotherapie aan adjuvante radiotherapie geen overlevingsvoordeel biedt in patiënten na resectie van hoog-risico grote-speekselkliercarcinoom.

1.Amini A, Waxweiler TV, Brower JV et al. Association of adjuvant chemoradiotherapy vs radiotherapy alone with survival in patients with resected major salivary gland carcinoma. Data from the Nationa Cancer Data Base. JAMA Otolaryngol Head Neck Surg 2016; epub ahead of print