Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

AI-behandeld postmenopauzaal mammacarcinoom: associatie van lichaamsvetmassa met wervelfracturen


Prof. Alfredo BerrutiAromataseremmers (AIs) resulteren in aanzienlijke verlaging van oestrogeengehalten in het serum. Postmenopauzale obese vrouwen die adjuvante AI-therapie ondergaan voor vroeg-stadium mammacarcinoom (EBC) zouden een verhoogd risico van fracturen kunnen hebben vanwege de inverse associatie van adipositas met botkwaliteit, in combinatie met verlies van het botmineraaldichtheid-beschermende effect van oestrogenen. Een studie van de universiteit van Brescia (Italië) heeft deze hypothese onderzocht. Prof. Alfredo Berruti en collega’s publiceren de studie online in JAMA Network Open.1

De cross-sectionele studie includeerde 556 postmenopauzale EBC-patiënten. De gemiddelde leeftijd was 63,0 jaar. De patiënten werden gestratificeerd naar een AI-naïeve groep (n=361) of een groep die tenminste twee jaar AI-therapie hadden ondergaan (n=195). In beide groepen werd de associatie tussen lichaamsvetmassa (FBM; hoger versus lager dan de mediaan) en prevalentie van wervelfracturen bepaald.

De AI-behandelde patiënten waren ouder (gemiddelde leeftijd 66,1 versus 61,3 jaar; p<0,001), hadden hogere BMI (gemiddeld 26,4 versus 25,3 kg/m2; p=0,009), hadden lagere waarschijnlijkheid fysiek actief te zijn (65,3% versus 73,7%; p=0,03), en hadden lagere waarschijnlijkheid van consumptie van alcoholische dranken (68,4% versus 80,9%; p=0,001).

De figuur laat zien dat onder de AI-naïeve patiënten de prevalentie van wervelfracturen hoger was in de groep met lage FBM dan in de groep met hoge FBM, maar dat dit verschil niet statistisch significant was (19,2% versus 13,3%; p=0,13). Onder de AI-behandelde patiënten was de prevalentie van wervelfracturen significant lager in de groep met lage FBM dan in de groep met hoge FBM (20,0% versus 33,3%; p=0,04). Deze associaties werden ook gezien in propensity-score gematchte analyse van de associatie van FBM met prevalentie van wervelfracturen: OR 0,38 (95%-bti 0,12-1,19) in de AI-naïeve groep versus OR 1,94 (95%-bti 0,67-5,64) in de AI-behandelde groep.

De onderzoekers concluderen dat hoge BFM geassocieerd was met verhoogd risico van wervelfracturen in postmenopauzale patiënten die AI-therapie ondergaan voor EBC.

1.Pedersini R, Amoroso V, Maffezzoni F et al. Association of fat body mass with vertebral fractures in postmenopausal women with early breast cancer undergoing adjuvant aromatase inhibitor therapy. JAMA Network Open 2019;2:1911080

Summary: A study at the University of Brescia (Italy) found that fat body mass was associated with vertebral fractures in postmenopausal patients with early-stage breast cancer who underwent aromatase inhibitor therapy.


Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren