Er zijn aanwijzingen dat CD4 T-cel responsen op Staphylococcus aureus geassocieerd zijn met neoplastische progressie in modellen van cutaan T-cel lymfoom (CTCL). Een kleine prospectieve studie in Denemarken heeft de impact van agressieve antibioticabehandeling op de ziekte-activiteit in CTCL-patiënten onderzocht. Prof. Niels Ødum (Universiteit van Kopenhagen) en collega’s publiceren de studie online in Blood.¹

De studie includeerde acht patiënten die behandeld werden voor gevorderd-stadium CTCL. Transiënte toevoeging van antibiotica aan de behandeling resulteerde in alle patiënten in significante afname van klinische symptomen. In sommige patiënten hield de klinische verbetering gedurende meer dan acht maanden aan. In zes van de acht patiënten kon een maligne T-cel kloon in een huidlesie worden geïdentificeerd. Na toevoeging van antibiotica aan de behandeling werd in deze patiënten een significante afname van de fractie van maligne T-cellen gezien. De antibiotica-therapie was geassocieerd met verlaging van de expressie van CD25, STAT-signalering, en celproliferatie in de huidlesies.

De onderzoekers concluderen dat de studie evidentie levert voor gunstige effecten van de antibioticabehandeling van Staphylococcus aureus in gevorderd CTCL.

1.Lindahl LM, Willerslev-Olsen, Gjerdrum LMR et al. Antibiotics inhibit tumor and disease activity in cutaneous T cell lymphoma. Blood 2019; epub ahead of print

Summary: A prospective study in Denmark found that all (n=8) patients with CTCL experienced significant decrease in clinical symptoms in response to aggressive, transient antibiotic treatment. In some patients clinical improvements lasted for more than eight months.