De impact
van brachytherapie voor glioblastoom op de overleving is onduidelijk. Een
analyse van de SEER-database heeft onderzocht of brachytherapie in de klinische
praktijk geassocieerd is met overlevingsvoordeel. Prof. Clark Chen (University
of Minnesota, Minneapolis) en collega’s publiceren de analyse online in het Journal of
Neuro-Oncology.1
De
onderzoekers identificeerden 60.456 patiënten met glioblastoom, onder wie 362
die brachytherapie kregen. De mediane overall
survival was 16 maanden in de groep patiënten die brachytherapie kregen
versus 9 maanden in de groep patiënten die geen brachytherapie kregen
(p<0,001). De patiënten die brachytherapie kregen waren jonger, hadden
kleinere tumoren, en hadden meer frequent gross
total resection (GTR) ondergaan (p<0,001 voor alle vergelijkingen). In
univariate analyse waren deze factoren geassocieerd met langere OS. Ook gebruik
van chemotherapie (HR 0,459; p<0,001) en external beam radiotherapie (HR
0,447; p<0,001) waren geassocieerd met langere OS. In multivariate analyse
gecorrigeerd voor leeftijd, tumorgrootte, tumorlokatie, GTR, chemotherapie, en
EBRT bleef de associatie tussen brachytherapie en langere OS robuust (HR 0,859;
p=0,031).
De
onderzoekers concluderen dat de analyse uitwijst dat brachytherapie voor
glioblastoom na correctie voor mogelijk verstorende variabelen geassocieerd was
met langere OS.
1.Bartek
J, Alattar AA, Dhawan S et al. Receipt
of brachytherapy is an independent predictor of survival in glioblastoma in the
Surveillance, Epidemiology, and End Results database. J Neuro-Oncol 2019; epub
ahead of print
Summary: An analysis of the SEER database found
that brachytherapy for glioblastoma was associated with improved survival
(median OS 16 months in patients who received brachytherapy versus 9 months in
patients who did not). After controlling for confounding factors the
association between brachytherapy and improved survival remained robust (HR
0.859; p= 0.031).
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)