
De analyse includeerde 75.170 vrouwen in het NHS-cohort (gemiddelde leeftijd 50,4 ± 7,2 jaar; follow-up van 1984 tot en met 2012) en 48.400 mannen in het HPFS-cohort (gemiddelde leeftijd 54,3 ± 9,9 jaar; follow-up van 1986 tot en met 2012). Bij inclusie in de cohorten en vervolgens iedere twee jaar gaven de deelnemers informatie over hun voedingsgewoonten. Patiënten met een maligniteit bij inclusie werden uit de analyse geëxcludeerd, evenals niet-blanke deelnemers in beide cohorten.
Tijdens de follow-up werd CSCC gediagnostiseerd in 3978 deelnemers. Hogere inname van vitamine A met de voeding was geassocieerd met verlaagd risico van CSCC: met kwintiel 1 als referentie waren de multivariate HRs 0,97 (95%-bti 0,87-1,07) in kwintiel 2; 0,97 (95%-bti 0,80-1,17) in kwintiel 3; 0,93 (95%-bti 0,84-1,03) in kwintiel 4; en 0,83 (95%-bti 0,75-0,93) in kwintiel 5, met een p voor trend <0,001. Ook voor retinol, beta-cryptoxanthine, lycopeen, luteïne, en zeaxanthine werden inverse associaties tussen inname en het CSCC-risico gezien. De resultaten waren over het algemeen consistent tussen mannen en vrouwen, en onafhankelijk van andere risicofactoren voor CSCC.
De onderzoekers concluderen dat de analyse suggereert dat hogere inname van vitamine A met de voeding geassocieerd is met verlaagd risico van CSCC.
1.Kim J, Park MK, Li W-Q et al. Association of vitamin A intake with cutaneous squamous cell carcinoma risk in the United States. JAMA Dermatol 2019; epub ahead of print
Summary: An analysis in the pooled cohorts of the Nurses’ Health Study and the Health Professionals Follow-up Study suggested that increased intake of dietary vitamin A is associated with decreased risk of incident cutaneous squamous cell carcinoma.