Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Associatie tussen nationale uitgaven voor gezondheidszorg en lange-termijn overleving van lymfoïde neoplasmen in Europa


Dr. Claudia VenerHet management van lymfoïde maligniteiten is duur. De retrospectieve EUROCARE-6 studie heeft de associatie geïnventariseerd tussen de nationale uitgaven aan gezondheidszorg en overleving van lymfoïden maligniteiten in 27 Europese landen. Dr. Claudia Vener (Istituto Nazionale dei Tumori, Milaan) en collega’s publiceren de studie in The Lancet Oncology.1

In de EUROCARE-6 dataset identificeerden de onderzoekers patiënten in de leeftijd van 15 jaar of ouder, met tussen begin 2001 en eind 2013 een diagnose van één van twaalf lymfoïde maligniteiten, en met follow-up tot eind 2014. Landen werden geklasseerd in kwartielen van gemiddelde uitgaven voor de gezondheidszorg tussen begin 2001 en eind 2013. Voor elke lymfoïde maligniteit werden tien-jaars leeftijds-gestandaardiseerde relatieve overleving (ASRS) en relatief excess risico (RER) van overlijden berekend.

In 21 nationale en 61 regionale registraties vonden de onderzoekers 10-jaars overlevingsgegevens van 890.730 patiënten met een lymfoïde maligniteit (2001 tot en met 2013). De mediane duur van follow-up was 13 jaar (IQR 13-14). Onder de twaalf lymfoïde maligniteiten was in heel Europa de tien-jaars ASRS het hoogst voor haarcelleukemie (82,6%; 95%-bti78,9-86,5) en Hodgkin lymfoom (79,3%; 78,6-79,9) en het laagst voor plasmacel-neoplasmen (29,5%; 28,9-30,0). De RER nam toe met toenemende leeftijd bij diagnose. Vrouwen hadden voor de meeste lymfoïde maligniteiten hogere ASRS dan mannen. De tien-jaars ASRS was voor elke lymfoïde maligniteit hoger (en de RER lager) in landen in het hoogste kwartiel van uitgaven voor de nationale gezondheidszorg dan in landen in het laagste kwartiel, met voor veel lymfoïde maligniteiten een dalend patroon door de kwartielen. Zo was de tien-jaars ASRS voor non-Hodgkin lymfoom 59,3% (95%-bti 58,7-60,0) in het eerste kwartiel, 57,6% (55,2-58,7) in het tweede kwartiel, 55,4% (54,3-56,5) in het derde kwartiel, en 44,7% (43,6-45,8) in het vierde kwartiel; terwijl de RER ten opzichte van het Europees gemiddelde in deze kwartielen 0,80 (0,79-0,82) respectievelijk 0,91 (0,90-0,93), 0,94 (0,92-0,96) en 1,45 (1,42-1,48 was.

De onderzoekers concluderen dat de nationale uitgaven voor de gezondheidszorg geassocieerd zijn met geografische dispariteiten in prognose van patiënten met lymfoïde maligniteiten.

1.Sant M, Vener C, Lillini R et al. Long-term survival for lymphoid neoplasms and national health expenditure (EUROCARE-6): a retrospective, population-based study. Lancet Oncol 2024; epub ahead of print

Summary: The retrospective, population-based EUROCARE-6 trial found that among 27 European countries total national health expenditure is associated with geographical inequalities in lymphoid malignancy prognosis.

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren