DNA-topoïsomeraseremmers
worden veel gebruikt voor de behandeling van SCLC. Het enzym tyrosyl-DNA
fosfodiësterase 1 (TDP1) is betrokken bij herstel van DNA-schade die door deze
klasse geneesmiddelen wordt veroorzaakt.
Het International Lung Cancer
Consortium heeft een multicenterstudie uitgevoerd van de vraag of
polymorfismen in het gen voor TDP1 van invloed zijn op de uitkomsten van SCLC. Dr. Chu Chen (Fred Hutchinson Cancer
Research Center, Seattle WA) en collega’s publiceren de studie online in Clinical Cancer Research.1
De
onderzoekers analyseerden twee TDP1
SNPs (rs942190 en rs2401863) in 890 SCLC-patiënten die deelnamen aan tien
studies van het Consortium. Patiënten die homozygoot waren voor het mineure
allel (GG) van rs942190 hadden een slechtere overleving 36 maanden na de
diagnose dan patiënten die homozygoot waren voor het AA-allel (HR 1,36; p=0,01)
maar geen significant slechtere overleving dan AG-patiënten (HR 1,04; p=0,72).
Voor rs2401863 was er een trend van betere overleving in patiënten die
homozygoot waren voor het mineure allel (CC) vergeleken met AA (HR 0,79;
p=0,07).
De
onderzoekers concluderen dat de studie suggereert dat het TDP1 rs942190 GG-genotype geassocieerd is met relatief slechte
overleving onder patiënten met SCLC. Prospectieve studies zijn vereist om te
bepalen of dit genotype predictief is voor de werkzaamheid van
DNA-topoïsomeraseremmers.
1. Lohavanichbutr P, Sakoda LC, Amos CI et al.
Common TDP1 polymorphisms in relation to survival among small cell lung cancer
patients: a multicenter study form the International Lung Cancer Consortium.
Clin Cancer Res 2017; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)