
De retrospectieve studie heeft betrekking op uitkomsten van 175 patiënten die tussen 1992 en 2008 resectie voor HC ondergingen bij acht Italiaanse centra. De mediane leeftijd van de patiënten was 63 jaar (SD 10 jaar) en 42,9% was vrouw. Er werden in totaal 1133 LNs geanalyseerd (mediaan 6,5 LNs per patiënt). In 70 van 175 patiënten (40%) werden LN-metastasen gezien. Een LN-ratio (LNR, aantal positieve LNs gedeeld door totaal aantal onderzochte LNs) hoger dan 0,20 was geassocieerd met significant lagere vijf-jaars OS dan LNR 0,20 of lager (10,6% versus 24,4%; OR 2,434; p=0,04).
In multivariate analyse was de LNR de enige onafhankelijke prognostische factor, maar de prognostische waarde van de LNR werd beïnvloed door het totaal aantal verkregen LNs. De LNR was hoger dan 0,20 in alle patiënten (30 van 30) met één tot en met vier onderzochte LNs en in 52,5% (21 van 40) van de patiënten met tenminste vijf onderzochte LNs. De vijf-jaars OS was 34,2% in patiënten met vijf of minder onderzochte LNs versus 64,5% in patiënten net zes of zeven en 62,7% in patiënten met acht of meer onderzochte LNs (p=0,047). De vijf-jaars OS nam niet significant verder toe als het aantal onderzochte LNs hoger was dan zes.
De onderzoekers concluderen dat een LNR hoger dan 0,2 prognostisch was voor OS in patiënten na leverresectie voor HC. Verwijdering van tenminste zes LNs was vereist voor adequate stadiëring.
1.Giuliante F, Ardito F, Guglielmi A et al. Association of lymph node status with survival in patients after liver resection for hilar cholangiocarcinoma in an Italina multicenter analysis. JAMA Surg 2016; epub ahead of print