
De onderzoekers identificeerden 20.107 achtereenvolgende patiënten met gevorderde maligniteiten die in MSKCC werden behandeld en gerichte genomische sequencing ondergingen. In 1085 patiënten werd een somatische of kiemlijn ATM-mutatie geïdentificeerd, onder wie 357 die RT kregen. Voor de nu gepubliceerde analyse vergeleken de onderzoekers de uitkomsten van bestraalde tumoren met ATM loss-of-function (LoF)-mutaties met de uitkomsten van bestraalde tumoren met ATM varianten van onbekende significantie (VUS).
De analyse laat zien dat onder 357 pan-cancer patiënten die RT ondergingen genetische inactivering van ATM geassocieerd was met betere RT-werkzaamheid. De twee-jaars cumulatieve incidentie van progressie van de bestraalde tumoren was 13,2% voor ATM LoF-tumoren versus 27,5% voor ATM VUS-tumoren (HR 0,51; p=0,001). Het grootste klinisch profijt werd gezien in tumoren met bi-allelische ATM-inactivering (HR 0,19; p=0,005) maar het profijt was ook significant in tumoren met mono-allelische ATM-inactivering (HR 0,57; p=0,02). ATM LoF was voorspellend voor uitkomsten van TP53-wildtype tumoren maar niet TP53-gemuteerde tumoren.
De onderzoekers concluderen dat somatische ATM-inactivering geassocieerd was met sterk verbeterde tumorcontrole na RT voor gevorderde maligniteiten.
1.Pitter KL, Casey DL, Lu YC et al. Pathogenic ATM mutations in cancer and a genetic basis for radiotherapeutic efficacy. J Natl Cancer Inst 2020; epub ahead of print
Summary: A studyat Memorial Sloan Kettering Cancer Center (New York) found that somatic ATM inactivation was associated with markedly improved tumor control following radiotherapy for advanced cancers.