Er zijn
aanwijzingen dat hogere leukocytengetallen in vrouwen geassocieerd zijn met
verhoogd risico van mammacarcinoom, maar de associaties van specifieke
leukocyt-subtypen met het risico zijn onduidelijk. Een analyse in het cohort
van de Sister Study heeft deze
associaties onderzocht. Dr.
Jack Taylor (National Institutes of Health, Triangle Park NC) en collega’s
publiceren de analyse in JAMA Network Open.1
De Sister Study is een doorlopend onderzoek
onder 50.584 gezonde zusters van vrouwen met een diagnose mammacarcinoom. Voor
de nu gepubliceerde analyse verzamelden de onderzoekers bloedmonsters van 2774 non-Hispanic white deelneemsters waarin
ze gehalten bepaalden van zes leukocyt-subtypen (B-cellen, natural killer
cellen, CD8+ en CD4+ T-cellen, monocyten, en
granulocyten). De niveaus van de subtypen werden gedichotomiseerd aan de hand
van mediane waarden in de studiepopulatie. De gemiddelde leeftijd van de
vrouwen was 56,6 ± 8,8 jaar. In 91 van deze vrouwen werd tijdens de follow-up
mammacarcinoom vastgesteld, met een gemiddelde tijd tussen monstername en
diagnose van 3,9 ± 2,2 jaar. Lagere proporties van circulerende monocyten waren
geassocieerd met verhoogd risico van mammacarcinoom binnen één jaar na de
bloedmonstername. Hogere proporties van B-cellen waren geassocieerd met
verhoogd risico van mammacarcinoom vier of meer jaren na de bloedmonstername.
De
onderzoekers concluderen dat verschuivingen in leukocytenprofielen voorafgingen
aan een diagnose mammacarcinoom, en mogelijk kunnen dienen als markers van
tijdsafhankelijk risico van mammacarcinoom.
1.Kresovich
JK, O’Brien KM, Xu Z et al. Prediagnostic
immune cell profiles and breast cancer. JAMA Network Open 2020;3:e1919536
Summary: An analysis in the cohort of the
Sister Study found that shifts in circulating leukocyte profiles preceded a
breast cancer diagnosis and may serve as markers of time-dependent breast
cancer risk.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)