.jpg)
De studie includeerde 855 patiënten met niet-eerder behandeld heldercellig aRCC met intermediair (75% van de patiënten) of hoog (25%) risico van recidief. De patiënten werden gerandomiseerd naar C 40 mg eenmaal daags (n=428) of P (n=427), gestratificeerd naar regio en IMDC-risiconiveau. Alle patiënten kregen vier cycli N+I gevolgd door N gedurende ten hoogste twee jaar. Het primaire eindpunt was geblindeerd centraal-beoordeelde radiologisch-progressievrije overleving in de eerste 550 gerandomiseerde patiënten.
De mediane PFS werd niet bereikt met C+N+I en was 11,3 maanden met P+N+I (HR 0,73; p=0,013). De ORR was 43% versus 36%; met mediane duur van respons niet bereikt in beide groepen. Graad 3 of 4 treatment-resulted adverse events werden gezien in 73% van de patiënten met C+N+I versus 41% met P+N+I. Graad 5 TRAEs troffen drie patiënten in elk van beide groepen, en TRAEs die resulteerden in discontinuering van alle middelen in 12% versus 5%.
De onderzoekers concluderen dat C+N+I resulteerde in significant betere PFS dan P+N+I voor niet-eerder behandeld aRCC met intermediair of hoog risico van recidief. Follow-up voor overall survival is ongoing.
1.Choueiri TK et al. ESMO 2022; abstr. LBA8
Summary: Cabozantinib plus nivolumab (C+N) and nivolumab plus ipilimumab (N+I) are both standard of care for first-line advanced renal cell carcinoma (aRCC). The multinational phase 3 COSMIC-313 trial evaluates C+N+I versus placebo (P)+N+I for previously untreated intermediate (75% of patients) or poor risk (25%) clear cell aRCC. The primary endpoint was progression-free survival by blinded independent radiology review. This endpoint was met with median PFS not reached with C+N+I versus 11.3 months with P+N+I (HR 0.73; p=0.013).