Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Cardiale gebeurtenissen na radiotherapie voor stadium II-III niet-kleincellig longcarcinoom

(0)2017-03-18 14:32   ( Nieuws )

Tags

NSCLC  

Dr. Shruti JollyRadiotherapie is een belangrijk onderdeel van de behandeling van patiënten met NSCLC, maar RT is geassocieerd met cardiale toxiciteit na de behandeling. Dr. Shruti Jolly (University of Michigan, Ann Arbor) en collega’s hebben een analyse uitgevoerd van de incidentie van cardiale gebeurtenissen na RT voor lokaal-gevorderd NSCLC, en van de relatie tussen de dosering van de straling naar het hart met deze incidentie. Ze publiceren de analyse online in het Journal of Clinical Oncology.1



De analyse is gebaseerd op uitkomsten van 125 patiënten met stadium II of III NSCLC, die deelnamen aan (in totaal vier) studies die tussen begin 2004 en eind 2013 werden uitgevoerd in Ann Arbor. De patiënten kregen mediaan 70 Gy RT, 84% kreeg concurrente chemotherapie, en 27% had vooraf-bestaande cardiale ziekte. De mediane follow-up van overlevende patiënten was 51 maanden. Panel A toont de cumulatieve incidentie van graad 3 of hoger cardiale gebeurtenissen (met niet-cardiaal overlijden als competing risk). Graad 3 of hoger cardiale gebeurtenissen werden gezien in negentien patiënten, mediaan elf maanden na de behandeling (IQR zes tot vierentwintig maanden). De 24-maands cumulatieve incidentie van graad 3 of hoger cardiale gebeurtenissen was 11%.

Panel B toont de incidentie van de gebeurtenissen in patiënten met en zonder vooraf-bestaande cardiale ziekte, en panel C toont de incidentie in patiënten met stralingsdosering naar het hart tot en met 11 Gy en hoger dan 11 Gy. In multivariate analyse waren vooraf-bestaande cardiale ziekte (HR 2,96; p=0,04) en mean heart dose (HR 1,07 per Gy; p=0,01) significant geassocieerd met graad 3 of hoger cardiale ziekte. Zowel ziekteprogressie (HR 2,15) als graad 3 of hoger cardiale gebeurtenissen (HR 1,76) waren geassocieerd met slechtere OS. Ziekteprogressie (n=71) kwam meer frequent voor dan graad 3 of hoger cardiale gebeurtenissen (n=19).

De onderzoekers concluderen dat de 24-maands cumulatieve incidentie van graad 3 of hoger cardiale gebeurtenissen na definitieve radiotherapie voor lokaal-gevorderd NSCLC hoger was dan tien procent. Cardiaal risico dient echter te worden afgewogen tegen de voordelen van tumorcontrole, gelet op de ongunstige prognose na ziekteprogressie.

1.Dess RT, Sun Y, Matuszak MM et al. Cardiac events after radiation therapy: combined analysis of prospective multicenter trials for locally advanced non-small-cell lung cancer. J Clin Oncol 2017; epub ahead of print

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren