Gedurende
het afgelopen decennium is de ziektevrije overleving onder patiënten met stadium
III coloncarcinoom substantieel toegenomen dankzij de introductie van nieuwe
adjuvante chemotherapieregimes. In stadium I en II coloncarcinoom is er minder
vooruitgang geboekt, met name vanwege gebrek aan betrouwbare criteria voor de identificatie
van stadium I en II coloncarcinomen met een hoog risico van recidief. Dr. Piero
Dalerba (Columbia University, New York) en collega’s publiceren vandaag in The New England Journal of Medicine de uitkomsten van een studie van de bruikbaarheid van homeobox transcriptiefactor
2 (CDX2) als prognostische biomarker in stadium II en III coloncarcinoom.1
In een
discoveryset van 466 patiënten was de vijf-jaars ziektevrije overleving significant
lager onder de 32 patiënten met CDX2-negatief
coloncarcinoom dan onder de 434 patiënten met CDX2-positieve ziekte (HR voor recidief 3,44; p=0,002). Deze
waarneming werd bevestigd in de validatieset van 314 patiënten (HR 2,42;
p=0,003). In beide cohorten waren deze uitkomsten onafhankelijk van leeftijd,
geslacht, tumorstadium en tumorgraad. Onder patiënten met stadium II
coloncarcinoom in de discoveryset bedroeg de vijf-jaars ziektevrije overleving 49%
in patiënten met CDX2-negatieve
tumoren versus 87% in patiënten met CDX2-positieve
tumoren (p=0,003); in de validatieset was de vijf-jaars ziektevrije overleving
51% onder patiënten met stadium II CDX2-negatieve
tumoren versus 80% onder patiënten met stadium II CDX2-positieve tumoren.
In een retrospectieve
analyse van een gepoolde database van vier studies (669 patiënten met stadium II
en 1228 patiënten met stadium III coloncarcinoom) bleek dat de CDX2-negatieve
patiënten significant meer profijt hadden gehad van adjuvante chemotherapie dan
de CDX2-positieve patiënten, zowel in stadium II (p voor interactie 0,02) als
in stadium III (p voor interactie 0,005).
De
onderzoekers concluderen dat patiënten met stadium II of stadium III CDX2-negatief coloncarcinoom baat kunnen
hebben bij adjuvante chemotherapie. De uitkomsten dienen prospectief
gevalideerd te worden voordat deze conclusie in de klinische praktijk kan
worden toegepast.