HER2-mutaties zijn oncogene drijvers in
1 tot 2% van longadenocarcinomen. Er is geen standaardbehandeling beschreven voor
patiënten met HER2-gemuteerd
longadenocarcinoom. Prof. Julien Mazières (Universiteit van Toulouse) en
collega’s hebben de werkzaamheid van chemotherapie en HER2-gerichte
behandelingen in deze patiënten onderzocht. De uitkomsten van de studie worden vandaag online gepubliceerd in Annals of Oncology.1
De
EUHER2-studie werd uitgevoerd in 38 Europese centra. Deelnemers waren 101
patiënten met gevorderd NSCLC met een HER2
exon-20 insertie. De mediane leeftijd was 61 jaar (range 30-87); 62,4% was
vrouw; 60,4% had nooit gerookt. Gelijktijdige EGFR-mutaties werden gezien in vijf deelnemers, ALK-translocatie in één, en ROS-translocatie ook in één. Het mediane
aantal lijnen behandeling was drie (range één tot elf). Met conventionele
chemotherapie waren de ORR 43,5% en de mediane PFS 6 maanden in eerste lijn
(n=93) en 10% en 4,3 maanden in tweede lijn (n=52). Vijfenzestig patiënten
kregen HER2-gerichte therapie (57 trastuzumab, 14 neratinib, 9 afatinib, 5
lapatinib, en 1 T-DM1). Met trastuzumab en T-DM1 was de ORR 50,9% en de PFS 4,8
maanden.
De
onderzoekers concluderen dat deze serie de chemosensitiviteit van HER2-gedreven NSCLC aantoont, evenals
het potentiële belang van HER2-gerichte middelen.
1.Mazières J, Barlesi F, Filleron T et al. Lung
cancer patients with HER2 mutations treated with chemotherapy and JER2-targeted
drugs: Results from the European EUHER2 cohort. Ann Oncol 2015; epub ahead of
print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)