Prof. Heiner
Bucher (Academisch Ziekenhuis Bazel, Zwitserland) en collega’s hebben een
studie uitgevoerd van de impact van chronische hepatitis B- en hepatitis C-virusinfectie
(HBC, HCV) op het risico van non-Hodgkin lymfoom (NHL) in patiënten de
antiretrovirale therapie (ART) krijgen voor HIV-infectie. De studie wordt vandaag online gepubliceerd in Annals
of Internal Medicine.1 De studie is uitgevoerd in achttien
cohorten van de Collaboration of Observational
HIV Epidemiological Research Europe (COHERE).
De
onderzoekers includeerden 52.479 behandelings-naïeve HIV-patiënten, onder wie
1339 met chronische HBV-infectie (2,6%) en 7506 met chronische HCV-infectie
(14,3%). Van deze patiënten startten 40.219 later ART (77%). De mediane follow-up
was 13 maanden voor de behandelings-naïeve patiënten en 50 maanden voor de
patiënten die ART kregen. Ontwikkeling van NHL werd gezien in 252 behandelings-naïeve
patiënten en 310 behandelde patiënten, met incidenties van 219 respectievelijk
168 per 100.000 persoonsjaren. Het risico van NHL was niet significant veranderd
bij HBV-infectie (HR 1,33, 95%-bti 0,69-2,56) of HCV-infectie (HR 0,67; 95%-bti
0,40-1,12) in behandelings-naïeve patiënten. Het risico van NHL was wel significant
verhoogd bij HBV-infectie (HR 1,74; 95%-bti 1,08-2,82) of HCV-infectie (HR
1,73; 95%-bti 1,21-2,46) in behandelde patiënten.
De
onderzoekers noemen als beperking van de studie dat veel behandelings-naïeve
patiënten later ART startten, zodat de associaties tussen HBV-/HCV-infectie en
het NHL-risico in deze groep niet bijzonder nauwkeurig bepaald konden worden.
Ze concluderen dat in HIV-geïnfecteerde patiënten die ART krijgen chronische co-infectie
met HBV en HCV geassocieerd is met verhoogd risico van NHL.
1.Wang
Q, De Luca A, Smith C et al. Chronic
hepatitis B and C virus infection and risk for non-Hodgkin lymphoma in
HIV-infected patients: a cohort study. Ann Intern Med 2016; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)