
De onderzoekers analyseerden 114 achtereenvolgende plasmamonsters van 43 patiënten die abirateron kregen voor mCRPC. Met gerichte next-generation sequencing bepaalden ze in de monsters de ctDNA-fracties. ctDNA-progressieve ziekte werd gedefinieerd als toename van ctDNA ten opzichte van het niveau voor aanvang van de behandeling. ctDNA-progressie in het eerste monster na begin van de behandeling, na ongeveer 3 maanden, was significant geassocieerd met verhoogd risico van radiografische progressie (OR 15,8; p=0,0002) en PSA-toename (OR 6,0; p=0,01). In patiënten met pseudoprogressie werd geen ctDNA-toename gezien.
De onderzoekers concluderen dat ctDNA-bepaling voor het monitoren van respons van mCRPC op behandeling feasible was en klinisch-relevante informatie leverde.
1.Conteduca V, Wetterskog D,Scarpi E et al. Plams tumour DNA as an early indicator of treatments response in metastatic castration-resistant prostate cancer. Br J Cancer 2020; epub ahead of print
Summary: A multicenter study found that ctDNA assessment for therapy monitoring in mCRPC was feasible and provided clinically relevant data.