
De studie werd uitgevoerd bij 115 centra in zestien landen op vier continenten. De deelnemers waren patiënten die tenminste één eerdere lijn behandeling voor MM hadden gekregen en tenminste partiële respons hadden gehad, en bij inclusie in CASTOR progressieve ziekte hadden. De patiënten in de controlegroep (n=247) kregen maximaal acht drie-weekse cycli bortezomib plus dexamethason. De patiënten in de daratumumabgroep (n=251) kregen bovendien daratumumab 16 mg/kg eens per week gedurende de eerste drie cycli, vervolgens eens per drie weken gedurende cycli vier tot en met acht, en vervolgens eens per vier weken tot progressie van de ziekte optrad of de patiënt zicht terugtrok.
Het primaire eindpunt van de studie was progressievrije overleving. Bij een geprespecificeerde interimanalyse bleek dat de twaalf-maands PFS 60,7% bedroeg in de daratumumabgroep versus 26,9% in de controlegroep. Na mediane follow-up van 7,4 maanden was de mediane PFS niet bereikt in de daratumumabgroep versus 7,2 maanden in de controlegroep (HR 0,39; p<0,001). Overall respons (82,9% versus 63,2%; p<0,001), zeer goede partiële respons of beter (59,2% versus 29,1%; p<0,001), en complete respons of beter (19,2% versus 9,0%; p<0,001) waren alle beter in de daratumumabgroep. In de daraumumabgroep werd meer graad 3 of 4 trombocytopenie (45,3% versus 32,9%) en neutropenie (12,8% versus 4,2%). Infusiereacties werden gerapporteerd voor 45,3% van de patiënten in de daratumumabgroep; voornamelijk graad 1 en 2.
De onderzoekers concluderen dat toevoegen van daratumumab aan bortezomib plus dexamethason voor recidiverend en/of refractair MM resulteerde in verlenging van de PFS en geassocieerd was met meer trombocytopenie en neutropenie.
1.Palumbo A, Chanan-Hhan A, Weisel K et al. Daratumumab, bortezomib, and dexamethasone for multiple myeloma. N Engl J Med 2016;375;754-766