Osimertinib
is een derde-generatie EGFR-tyrosinekinaseremmer. De AURA-studie onderzocht de
waarde van eerstelijns osimertinib voor gevorderd niet-kleincellig
longcarcinoom met een EGFR-sensitiserende mutatie. Prof. Suresh Ramalingam
(Emory University, Atlanta GA) en collega’s publiceren de studie online in het Journal of Clinical
Oncology.1 De studie
includeerde patiënten met niet-eerder behandeld lokaal-gevorderd of
metastatisch EGFRm NSCLC , die
osimertinib 80 mg eenmaal daags (n=30) of 160 mg eenmaal daags (n=30) kregen.
Eindpunten van de studie waren objectieve respons en progressievrije
overleving.
De follow-up
was mediaan 19,1 maanden. Objectieve respons werd gezien in 77% van de
patiënten (67% van de patiënten in de 80-mg groep en 87% in de 160-mg groep). De
mediane PFS was 20,5 maanden (22,1 maanden in de 80-mg groep en 19,3 maanden in
de 160-mg groep). Van 38 patiënten waren post-progressie plasmamonsters
beschikbaar. In negentien van deze monsters werd geen circulerend tumor-DNA
gedetecteerd. In het DNA in negen van de overige negentien monsters werden
mogelijke resistentiemechanismen gezien, waaronder MET-amplificatie (n=1), EGFR-
en KRAS-amplificatie (n=1), mutatie
van MEK1, KRAS, of PIK3CA (ieder
n=1), EGFR C797S-mutatie (n=2), JAK2-mutatie (n=2), en HER2 exon 20 insertie (n=1) maar geen EGFR T790M.
De
onderzoekers concluderen dat osimertinib resulteerde in robuuste ORR en
verlengde PFS in behandelings-naïef EGFRm
gevorderd NSCLC. In postprogressie-plasma werd geen verworven EGFR T790-mutatie gezien.
1. Ramalingam S, Yang JC-H, Lee CK et al. Osimertinib as first-line treatment of EGFR
mutation-positive advanced non-small-cell lung cancer. J Clin Oncol 2017; epub
ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)