De Britse EPHOS-B studie onderzocht het effect van tien tot twaalf dagen preoperatieve anti-HER2 therapie op proliferatie en apoptose in HER2-positief mammacarcinoom. Prof. Nigel Bundred (University of Manchester) presenteert vandaag op de European Breast Cancer Conference in Amsterdam uitkomsten van EPHOS-B.¹ De studie is tussen november 2010 en september 2015 uitgevoerd in twee delen. In deel één werden patiënten gerandomiseerd naar geen preoperatieve behandeling (controle), preoperatief alleen trastuzumab of alleen lapatinib, of preoperatief trastuzumab plus lapatinib. Op basis van uitkomsten van andere studies werd de opzet van EPHOS-B in augustus 2013 aangepast, en werden de patiënten uitsluitend nog gerandomiseerd naar controle, alleen trastuzumab, of de combinatie van trastuzumab plus lapatinib.

De studie includeerde 257 patiënten; de mediane leeftijd was 52 jaar; 48% had tumoren groter dan 2 cm, 51% had graad 3-ziekte in het diagnosebiopt; 67% was ER-positief en 40% PgR-positief. In de controlegroep (n=51) en de lapatinibgroep (n=51) werd geen waarneembaar effect van de behandeling gezien. In de alleen-trastuzumabgroep (n=89) was één patiënt met pathologisch complete respons en één patiënt met minimaal residuele ziekte. In de combinatiegroep (n=66) werd borst-pCR gezien in zeven patiënten (10,6%) en MRD in elf (16,8%).

De onderzoekers concluderen dat ongeveer een kwart van de patiënten substantieel baat had bij preoperatieve anti-HER2 behandeling, en dat slechts tien tot twaalf dagen preoperatieve therapie vereist was om deze patiënten te identificeren. Nadere studies dienen uit te wijzen of deze patiënten chemotherapie kunnen vermijden.

1.EBCC 2016; abstr. 6LBA