Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Effectiviteit van medicatie voor verlaging van risico van primair mammacarcinoom in vrouwen


Dr. Heidi NelsonMedicaties voor verlaging van het risico van primair mammacarcinoom zijn effectief voor vrouwen met een verhoogd risico, maar zijn ook geassocieerd met adverse effects. De US Preventive Services Task Force heeft een update gepubliceerd van het 2013-advies over gebruik van deze medicaties.1 De update is gebaseerd op een systematisch overzicht van de literatuur. Dr. Heidi Nelson (Oregon Health and Science University, Portland) en collega’s publiceren het overzicht in JAMA.2

In de literatuur van begin 2013 tot februari 2019 vonden de onderzoekers 46 voor het onderwerp relevantie studies met tezamen meer dan vijf miljoen deelneemsters. In 25 studies werden achttien verschillende methoden gebruikt voor het voorspellen van het risico van mammacarcinoom in individuen. Deze methoden hadden alle lage accuratesse (AUC 0,55-0,66).

In placebo-gecontroleerde studies waren tamoxifen (vier studies; 28.421 deelneemsters; RR 0,69; 95%-bti 0,59-0,84), raloxifen (twee studies; 17.806 deelneemsters; RR 0,44; 95%-bti 0,24-0,80), en de aromataseremmers exemestaan en anastrozol (twee studies; 8424 deelneemsters; RR 0,45; 95%-bti 0,26-0,70) geassocieerd met verlaging van het risico van invasief mammacarcinoom. In één studie met lange follow-up was het risico van invasief mammacarcinoom hoger met raloxifen dan met tamoxifen (19.747 deelneemsters; RR 1,24; 95%-bti 1,05-1,47).

Vergeleken met placebo was raloxifen geassocieerd met lager risico van wervelfracturen (RR 0,61; 95%-bti 0,53-0,73) en was tamoxifen geassocieerd met lager risico van niet-wervel fracturen (RR 0,66; 95%-bti 0,45-0,98). Tamoxifen en raloxifen waren vergeleken met placebo geassocieerd met verhoogd risico van tromboëmbolische gebeurtenissen, en tamoxifen was vergeleken met placebo geassocieerd met hoger risico van endometriumcarcinoom en cataract. Symptomatische effecten (bijvoorbeeld vasomotorisch en musculoskeletaal) liepen uiteen voor de verschillende medicaties.

De onderzoekers concluderen dat tamoxifen, raloxifen, en aromataseremmers geassocieerd waren met lager risico van primair invasief mammacarcinoom in vrouwen, maar ook met adverse effects die verschilden tussen de medicaties. Risicostratificatiemethoden om patiënten met verhoogd risico van mammacarcinoom te identificeren hadden lage accuratesse. De USPSTF beveelt aan dat behandelaars deze medicaties wel aanbieden aan vrouwen met verhoogd risico van mammacarcinoom en laag risico van bijwerkingen, maar niet routinematig aan vrouwen zonder verhoogd risico van mammacarcinoom.

1.US Preventive Services Task Force. Medication use to reduce risk of breast cancer. US Preventive Services Task Force Recommendation Statement. JAMA 2019;322:857-867
2.Nelson HD, Fu R, Zakher B et al. Medication use for the risk reduction of primary breast cancer in women. Updated evidence report and systematic review for the US Preventive Services Task Force. JAMA 2019;322:868-886

Summary: A systematic review of the literature found that tamoxifen, raloxifene, and aromatase inhibitors werd associated with lower risk of primary invasive breast cancer in women but also were associated with adverse effects that differed between medications. Risk stratification methods to identify patients with increased breast cancer risk had low accuracy. The USPSTF recommends against routine use of these medications in women who are not at increased risk for breast cancer.

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren