In ongeveer vijftig procent van de primaire melanomen worden BRAF-mutaties gezien. De prognostische impact van deze mutaties is nog niet duidelijk. Sinds kort is een BRAF-V600E mutatiespecifiek antilichaam beschikbaar gekomen voor immunohistochemische bepalingen. Prof. Lars Akslen (Universiteit van Bergen, Noorwegen) en collega’s hebben dit antilichaam gebruikt voor het onderzoeken van de impact van de V600E-mutatie op de overleving van melanoompatiënten. De uitkomsten van de studie zijn online gepubliceerd in het British Journal of Cancer.¹

In een serie van 248 nodulair-melanoompatiënten bepaalden de onderzoekers de totale BRAF-expressie en de expressie van BRAF-V600E. Ze zagen dat in deze serie 86 patiënten (35%) V600E-positieve tumoren hadden. BRAF-V600E positiviteit was geassocieerd met tumordikte, aanwezigheid van tumorulceratie, en verlaagde overleving. In multivariate analyse was BRAF-mutatiestatus (in 191 patiënten) geen onafhankelijke prognostische factor, maar expressie van BRAF-V600E wel. De concordantie tussen BRAF-V600E expressie en BRAF-mutatiestatus was 88%.

De onderzoekers concluderen dat expressie van BRAF-V600E in nodulair melanoom geassocieerd is met agressieve tumorkenmerken en verlaagde overleving.

1.Hugdahl E, Kalveness MB, Puntervoll HE et al. BRAF-V600E expression in primary nodular melanoma is associated with aggressive tumour features and reduced survival. Br J Cancer 2016; epub ahead of print