Definitieve
chemoradiotherapie (CRT) voor squameus celcarcinoom van het anuskanaal (SCCA)
is effectief maar kan geassocieerd zijn met toxiciteit die ertoe leidt dat
sommige patiënten de geplande behandeling niet kunnen voltooien. Een studie onder
Canadese patiënten die CRT met curatieve intentie voor SCCA ondergingen heeft
risicofactoren voor interruptie en niet-voltooien van CRT voor SCCA
geïdentificeerd en heeft de associaties met uitkomsten onderzocht. Dr. Sunil
Patel (Queen’s University Cancer Research Institute, Kingston) en collega’s
publiceren de studie online in JAMA Oncology.1
De
onderzoekers definieerden interruptie van radiotherapie als interval van meer
dan zeven dagen tussen fracties, en voltooiing van RT als ontvangst van
tenminste 45 Gy en tenminste 25 fracties. Voltooiing van CRT werd gedefinieerd
als voltooiing van RT plus ontvangst van twee doses combinatiechemotherapie.
De studie
includeerde onder alle patiënten (n=1125) die tussen begin 2007 en eind 2015 in
Ontario RT met curatieve intentie ondergingen voor stadium I tot en met III SCCA.
Onderbreking van de RT werd gezien in 23%, niet-voltooiing van RT in 18%, en
niet-voltooiing van CRT in 25%. De onderzoekers vonden geen factoren die
geassocieerd waren met verhoogd risico van RT-onderbreking. Risicofactoren voor
niet-voltooiing van CRT waren hogere leeftijd (ouder dan 70 versus jonger dan 50
jaar RR 0,60; 95%-bti 0,52-0,70) en hoger aantal comorbiditeiten (meer dan één
versus geen RR 0,70; 0,51-0,95). Patiënten die CRT niet voltooiden hadden hoger
risico van vereisen van salvage resectie (RR 1,54;1,03-2,31), colostomie of
overlijden (HR 1,80;1,10-2,93), ziektespecifiek overlijden (HR 1,59;
1,14-2,22), en overall overlijden (HR 1,54; 1,23-1,92).
De
onderzoekers concluderen dat een substantieel percentage van de SCCA-patiënten
niet de geplande CRT voltooide, en dat niet-voltooiing van CRT geassocieerd was
met slechtere uitkomsten.
1.Raphael
MJ, Ko G, Booth CM et al. Factors
associated with chemoradiation therapy interruption and noncompletion among
patients with squamous cell anal carcinoma. JAMA Oncol 2020; epub ahead of
print
Summary: A study among all patients in Ontario
who from 2007 to 2015 underwent curative-intent chemoradiation for squamous
cell carcinoma of the anal canal found that many patients experienced treatment
interruption (23%) or noncompletion (25%). Risk factors for noncompletion of
CRT were older age and more comorbidities. Patients who did not complete CRT
had a higher risk of requiring salvage surgery (RR 1.54; 95% CI 1.03-2.31),
cancer-specific death (HR 1.59; 1.14-2.22), and overall death (HR 1.54;
1,23-1.92).
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)