
De studie includeerde zeven patiënten met thymoom en één patiënt met thymuscarcinoom. De patiënten kregen avelumab in dosering 10 mg/kg of 20 mg/kg iedere twee weken tot progressie van de ziekte of niet-acceptabele toxiciteit optrad. De behandeling resulteerde in bevestigde partiële respons in twee thymoompatiënten (29%), niet-bevestigde partiële respons in twee thymoompatiënten (29%) en stabiele ziekte in twee thymoompatiënten (29%) en in de patiënt met thymuscarcinoom. Drie van de vier responsen werden gezien na een enkele dosis avelumab. Alle responders ontwikkelden immuun-gerelateerde bijwerkingen (irAEs) die resolveerden met immuunsuppressieve therapie. In één van de patiënten zonder respons werden eveneens irAEs gezien. Responders, vergeleken met niet-responders, hadden voor begin van de behandeling hogere absolute lymfocytengetallen, en lagere frequenties van B-cellen, regulatorische T-cellen, dendritische cellen en natural killer cells.
De onderzoekers concluderen dat avelumab antitumoractiviteit had voor recidiverend gevorderd thymoom. De activiteit ging vergezeld van hoge frequentie irAEs. De immuunsubset-populaties voor aanvang van de behandeling verschilden tussen responders en niet-responders.
1.Rajan A, Heerey CR, Thomas A et al. Efficacy and tolerability of anti-programmed death-ligand 1 (PD-L1) antibody (avelumab) treatment in advanced thymoma. J ImmunoTher Cancer 2019;7:269
Summary: A phase 1 study at the National Cancer Institute found anti-tumor activity of PD-L1 inhibition with avelumab in patients with relapsed thymoma. The activity was accompanied by a high frequency of immune-related adverse events. Pre-treatment immune cell subset populations differed between responders and non-responders.