
De studie includeerde 30 patiënten met BRCA1/2-mutaties en ECOG performance status 2 of beter die mediaan 3 (range 1-10) eerdere lijnen hadden gekregen voor gevorderd pancreascarcinoom. De patiënten kregen kregen olaparib tweemaal daags voor een totale dosis van 600 mg (tabletten; n=23) of 800 mg (capsules; n=7). De behandeling werd voortgezet tot progressie of niet-acceptabele toxiciteit. Het primaire eindpunt was ziektecontrole (DC), gedefinieerd als objectieve respons (OR) of stabiele ziekte gedurende tenminste zestien weken (SD16+). Twee patiënten waren niet evalueerbaar voor dit eindpunt. De figuur laat zien dat er twee patiënten waren met complete respons, drie met partiële respons, en drie met SD16+, voor een DC-percentage van 31% (90%-bti 18-40) en een OR-percentage van 18% (95%-bti 6-37). De mediane progressievrije overleving was 8 weken (95%-bti 8-15) en de mediane overall survival was 38 weken (21-65). Drie patiënten (10%) hadden tenminste één graad 3 treatment-related adverse event.
De onderzoekers concluderen dat olaparib antitumoractiviteit had onder patiënten met gevorderd pancreascarcinoom met BRCA1/2-mutaties.
1.Ahn ER, Rothe M, Mangat PK et al. Olaparib in patients with pancreatic cancer with BRCA1/2 mutations: results from the Targeted Agent and Profiling Utilization Registry study. JCO Precision Oncol 2024.00240
Summary: In one of the cohorts of the TAPUR study, olaparib showed antitumor activity in patients with advanced pancreatic cancer with BRCA1/2 mutations.