Immuun-checkpointblokkade
met anti-PD-1/PD-L1 antilichamen heeft tot goede resultaten geleid in in
patiënten met metastatisch urotheelcarcinoom (mUC). De waarde van
CTLA4-blokkade in mUC is nog onduidelijk. Dr. Matt Galsky (Icahn School of
Medicine, New York) presenteert vandaag op het 2016 Genitourinary Cancers
Symposium in San Francisco uitkomsten van een fase 2-studie van CTLA4-blokkade
voor mUC.1
De studie is
gebaseerd op de hypothese dat chemotherapie kan leiden tot immunogene celdood
en andere immuunmodulerende effecten, die vervolgens kunnen worden
geëxploiteerd door CTLA4-blokkade. De deelnemers kregen twee cycli gemcitabine
plus cisplatine (GC), gevolgd door vier cycli GC plus ipilimumab. De studie had
36 deelnemers. De mediane leeftijd was 60 jaar (range 33 tot 80 jaar) en de
Karnofsky performance score was 80%, 90% en 100% in 30%, 45% en 25% van de
deelnemers. Twintig procent had levermetastasen en 58% had viscerale
metastasen. De patiënten kregen mediaan vijf cycli GC (range één tot zes) en
acht doses ipilimumab.
Graad 3-4
bijwerkingen waren neutropenie (36%), hyponatremie (31%), anemie (25%),
nierinsufficiëntie (19%), trombocytopenie (19%), en trombo-embolie (11%). De
meest frequente graad 3-4 immuungerelateerde bijwerkingen waren colitis (6%) en
hypofysitis (3%). De ORR was 64% (achttien patiënten met partiële respons, vijf
met complete respons). Elf patiënten hadden stabiele ziekte en twee hadden
progressieve ziekte. De mediane progressievrije overleving was 8 maanden
(95%-bti 6,2 tot 9,8 maanden). GC alleen had geen significante impact op
subsets circulerende immuuncellen; ipilimumab leidde tot significante toename
van circulerende CD4 en CD8 T-cellen.
Galsky
concludeert dat een gefaseerd schema van GC en immuun-checkpointblokkade met
ipilimumab mogelijk was en werkzaamheid toonde in patiënten met mUC.