
De studie includeerde 378 patiënten met HLA-A*02:01 metastatisch uveaal melanoom die 2:1 werden gerandomiseerd naar tebe (n=252) of IC (n=126; keuze uit pembrolizumab, ipilimumab, of dacarbazine). Het primaire eindpunt was OS. Het mediane één-jaars OS-percentage was 73,2% met tebe versus 57,5% met IC (HR 0,51; p<0,0001). Het OS-profijt met tebe versus IC werd gezien in vooraf-gespecificeerde subgroepen, inclusief LDH hoger dan upper limit of normal en pembrolizumab-IC behandelde patiënten. De meest-waargenomen treatment-related adverse events van tebe waren huid-gerelateerd of cytokine-gemedieerd (pyrexie, pruritus, rash). De frequentie en ernst van deze TRAEs nam af na de derde of vierde dosis. Minder dan 4% van de patiënten in de tebe-groep discontinueerde de behandeling wegens TRAEs. Geen van de patiënten overleed aan de behandeling.
De onderzoekers concluderen dat eerstelijns tebe monotherapie vergeleken met IC voor metastatisch uveaal melanoom resulteerde in significant betere OS.
1.Hassel JC. AACR Annual Meeting 2021; abstr. CT002
Summary: A multinational phase 3 study evaluated the bispecific fusion protein tebentafusp (tebe) versus investigator’s choice (IC: pembrolizumab, ipilimumab, or dacarbazine) for previously untreated metastatic uveal melanoma. Tebe significantly prolonged overall survival compared to IC with estimated 1-year OS rate of 73,2% versus 57,5% (HR 0,51; p<0,0001). The PS benefit of tebe was seen in prespecified subgroups. The adverse event profile of tebe was manageable with a low rate of AE-related discontinuation.